Museummaterieel weg uit Amersfoort
Op vrijdag 25 januari 2013 was het behoorlijk koud maar er lag een mooi sneeuwlaagje en af en toe was er een helder zonnetje. Goede omstandigheden dus eigenlijk om getuige te zijn van het vertrek van het laatste museummaterieel dat toen nog in de voormalige Amersfoortse werkplaatsloods was gestald. De nieuwe locatie werd Blerick.
Rond 11 uur die dag zou de museum-Plan U in Amersfoort moeten aankomen en inderdaad keurig op tijd werd de glanzende 114 zichtbaar in de Utrechtse boog, op weg naar spoor 8. De diesel zou deze dag een belangrijke rol spelen en misschien bepaalde activiteiten zelfs voor het eerst in haar loopbaan uitvoeren. Een mooi zacht brommend geluid uit de motorwagen, een heerlijk dieselluchtje, een mooie zon boven een witte wereld en een rode Plan U, een mooie combinatie. Het rangeerplan voorzag in het oprijden van spoor 8 naar het goederenemplacement en daar het weer melden bij de treindienstleider. Eerst die op de post Amersfoort maar daarna de treindienstleider ‘Niet Centraal Bediende Gebieden’, in de vaktermen bij Prorail de Trdl NCBG genoemd. Het was de bedoeling om met een paar ‘zaagbewegingen’ met de Plan U naar de werkplaatssporen te rijden, naar de loods waar DE3 27, de ‘oude dame’, stond geparkeerd. Die moest naar buiten en vervolgens zou dat ook moeten gebeuren met de andere nog in de loods staande museumrijtuigen: het slaaprijtuig en het Benelux stuurstandrijtuig. Het waren de laatste drie toen nog in de Amersfoortse loods staande museumobjecten. Het rangeren gebeurde niet, zoals te verwachten was, met een koppelwagen. Neen, het rangeren gebeurde met de koppelboom. Voorzichtig natuurlijk. Niet alleen het museummaterieel zou in beweging komen, ook de DE 20 (Kameel) kwam even in de frisse buitenlucht.
Uiterst behoedzaam kroop de 114 naar boven. Langs de rangeerheuvel waarover in de goede tijden toch zo’n 1200 wagens per dag geheuveld werden. De heuvel en het kopspoortje voor de ‘doordruksik’ lagen er nu stil en verlaten bij. Afgezien dan van de ronkende dieseldrie die uiteindelijk aankwam op het werkplaatsterrein, kop maakte en terug kwam richting de loods waar inmiddels de roldeur omhoog was geschoven. De 27 leek met haar koplampen te knipperen tegen het felle licht en wachtte de voorzichtige combinatie met haar zo’n 27 jaar jongere soortgenoot rustig af. Na een paar controlewerkzaamheden en het weghalen van de houtblokken trok de 114 de 27 langzaam naar buiten en reed de zeswagendieselcombinatie langzaam naar het uithaalspoor van het emplacement. Vervolgens duwde de 114 de oude DE3 richting het eind van het werkplaatsterrein. Op dit spoor moest nog ruimte overblijven voor de Plan U met de twee genoemde rijtuigen. De 27 werd veilig weggezet waarna de 114 de volgende rangeerklus verzorgde: het overbrengen van het slaaprijtuig en het stuurstandrijtuig van de loods, via de goederensporen naar het ‘elektrische’ emplacement. Daar was inmiddels aangekomen de museum motorpost mP 3031 die het transport van de rijtuigen naar de Watergraafsmeer zou verzorgen. Het Beneluxrijtuig naast de heuvelpost Amersfoort: toch een niet alledaags beeld voor het dienstdoend personeel op de heuvelpost. Als dat er zou zijn geweest…..
Na de rijtuigen keurig afgeleverd te hebben werd met de 114 dezelfde route nog eens gereden om de achter gelaten DE3 27 op te halen. Motorpost 3031 nam het transport van de twee rijtuigen voor zijn rekening en de DE3 114 sleepte de 27 naar de werkplaats op de Watergraafsmeer. Daar zouden de wielen worden afgedraaid, waarna de treinstellen en de rijtuigen na het daarop volgende weekend naar Blerick zouden verhuizen.
Hits: 3924